Een ontluisterend inkijkje in de Nederlandse vluchtelingenindustrie, vandaag in De Telegraaf. Vluchtelingen klagen over de kwaliteit van het eten en verklaren zelfs eten te stelen omdat ,,het stelen van voedsel geen misdaad is.”
Het zijn uitwassen van een verziekt systeem dat door gebrek aan leiderschap en doortastendheid het draagvlak voor de humane opvang van vluchtelingen doet eroderen.
Ons land heeft een reputatie hoog te houden waar het gaat om de humane opvang van mensen die huis en haard hebben verloren als gevolg van ramp of oorlog. Maar dat kan alleen als beroepsvluchtelingen zoals de Kosovaar Lulzim Berisha en de Albanees Emaljan Malaj zo snel  mogelijk worden teruggestuurd. De een verklaart zonder gene dat hij al twintig jaar in een Duitse vluchtelingenopvang heeft doorgebracht. ,,Daar was het beter en kreeg ik zelfs 2000 euro per maand.”  De ander meent dat het eten zo slecht is dat hij ander uit stelen moet gaan.
Het zijn dit soort gelukzoekers die een bom onder de Nederlandse opvang leggen. Ze hebben zich hier om economische motieven gemeld en zullen nooit een vluchtelingenstatus krijgen.
Ondertussen houden zij plekken bezet van mensen die zijn verjaagd. De Tweede Kamer moet zo snel mogelijk de opvangregels zo aanpassen dat types als Berisha en Malaj al bij de deur geweigerd worden. Alleen dan kunnen we de humane opvang voor echte vluchtelingen overeind houden.Â