Klein land met veel buitenland

,,Als klein land hebben we enorm veel buitenland”, zo grapte KVP-politicus en minister Joseph Luns dik zestig jaar geleden toen Nederland opeens twee ministers van Buitenlandse Zaken telde.

We zijn inderdaad een klein land. Maar er wel een met een grote mond. We nemen anderen graag de maat. We verkopen ze onze goederen en diensten en we vertellen erbij hoe wij de wereld zien en hoe anderen zich moeten gedragen. Nederland is een land van dominees. Vroeger nog een onsje meer dan nu. Bedillerig, verantwoord, controle; het druipt er vanaf. Dat is Nederland.

De huidige premier Rutte is van een andere generatie. Hij is meer manager dan politicus. Zo iemand die vandaag honderd man op straat zet en vraagt wat voor weer het morgen wordt. Met dit laatste doe ik de premier trouwens te kort, maar het zegt iets over de mentaliteit van nu.

Rutte legde gisteren zijn kaarten voor het Nederlandse voorzitterschap in Europa op tafel. ,,We zitten nu verdorie al acht, negen maanden te kletsen over de hotspots en een betere bewaking van de buitengrenzen. En het gebeurt niet!”, klaagde hij.

Als klein land hebben we enorm veel Europa. Te veel zelfs. Zien we straks Rutte als dominee of als manager in het Brussel van de compromissen? Of kan hij zijn tijd beter besteden aan de Eerste Kamer die onze lastenverlichting dreigt af te schieten?

Better call Sjuul