Op zoek naar dubbeltjes en kwartjes

img_0746

Ik liep op deze Albert Cuyp ook al 50 jaar geleden. Toen aan de arm van mijn oma. Week in, week uit. Op zaterdag. Ze trakteerde op een flinke zak patat bij een kale patatbakker op de hoek van de Eerste Sweelinckstraat.

En ze had ook nog een goed advies als we de markt op waren: ‘Kijk altijd naar beneden. Want het geld ligt hier op straat.’ Zo zochten we elke zaterdagochtend naar verloren dubbeltjes en kwartjes. En soms hadden we geluk.

Mijn oma had vijf werkhuizen en mijn opa was vuilnisman. Hardwerkende mensen. Toen was de politiek ook al ver weg. Uiteraard stemden ze rood. Vanwege Drees en de verzekering van hun oude dag. Ze wilden voor hun kinderen een betere toekomst. Geen oorlog en geen honger, zoals zij hadden meegemaaakt. Als je voor een dubbeltje begonnen bent, kun je ook een kwartje worden.

Wat is er na die 50 jaar veranderd? De vergankelijkheid wil dat we twee generaties verder zijn. We leven in een land met kansen voor iedereen. Maar de samenleving is verruwd en egoistisch.

Afgelopen zaterdag, 50 jaar later, nog steeds het vertrouwde, wekelijkse loopje over de markt. Nog steeds met de blik op de straat. Op zoek naar dubbeltjes en kwartjes.