KROM RECHT OP VINKEVEENSE PLASSEN

Schermafbeelding 2016-03-29 om 21.33.46

Thijs Knaap/Flickr
Thijs Knaap/Flickr

Uitspraken van de rechterlijke macht maken bij herhaling duidelijk waarom het gevangeniswezen in ons land in een bestaanscrisis verkeert. Als er al wordt gestraft met opsluiting en niet met een taak is verbazing over de uitspraak vaak niet van de lucht.

De 42-jarige Johan Koetje en de 51-jarige Ernst Noordijk uit Leusden stierven op 2 augustus 2014 een even onverwachte als vreselijke dood op de Vinkeveense Plassen.

De 51-jarige speedbootbestuurder Arnoud H. raasde onder invloed met te hoge snelheid onverlicht in het donker over het water en ramde een sloep met vier waterrecreanten van wie er twee op slag werden gedood.

De waterzombie voer onverschrokken door. Hij had weliswaar gemerkt een object te hebben geraakt, maar er geen erg in te hebben gehad menselijk leed te hebben aangericht.
De rechtbank van Utrecht kwam na een eis van de Officier van Justitie van acht jaar tot een strafoplegging van niet meer dan de helft daarvan omdat de aanvaring niet moedwillig was veroorzaakt.

Bewezen werd verklaard dat H. roekeloos was geweest en onder aanzienlijke invloed van alcohol verkeerde. Niettemin tornde de rechtbank fors aan de strafeis ‘omdat dramatische gevolgen niet meewegen bij juridisch verwijtbaar handelen’.
Is dit al voor familieleden, vrienden en bekenden van de slachtoffers een formele dooddoener, de persrechter deed daar bij RTL-Nieuws zo mogelijk nog een schepje bovenop.

‘Het was donker en laat. De speedbootbestuurder kon het ongeluk niet verwachten’.

Theo Jongedijk