Huwelijken tussen journalistiek en de macht gevaarlijk

gent

Het is funest voor de journalistieke onafhankelijkheid als er door journalisten of hun uitgevers geheime huwelijken worden gesloten met bronnen of met adverteerders. Dat gebeurt in het geniep of soms zelfs zeer zichtbaar, zoals bijvoorbeeld de pr-adviezen die presidentskandidaat Donald Trump dagelijks krijgt van Sean Hannity en Bill O’Reilly (beiden van Fox News).

Als politiek, de sportwereld of het bedrijfsleven met de journalistiek ‘in bed liggen’, staat de onafhankelijkheid, die toch al wankelt vanwege de problematische financiering van journalistiek, onder grote druk. De journalistiek komt dan onder invloed van andere belangen dan louter journalistieke.

Dat noem ik zeer glad ijs.

Onthullen, tegels lichten, de macht controleren; het behoort in het traditionele denken tot de kerntaken van de journalistiek. De vraag is echter of het merendeel van de burgers dat ook nog zo ziet en of ze daar ook nog geld voor over hebben. Met de aantoonbare dalende bereidheid om voor onafhankelijke journalistiek te betalen en het inmiddels gewortelde idee dat men zelf wel bepaalt wat nieuws is of wat niet, versmalt – ik zeg helaas – ontegenzeggelijk het draagvlak voor de journalistiek.

Zoals bekend vind ik dat media verder mogen gaan dan het uitvoeren van alleen de traditionele taken. Het agenderen van maatschappelijke thema’s, mits kundig gedaan en in alle onafhankelijkheid, behoort ook tot het werkgebied. Maar dit laatste is voor velen, zeker als het gaat om de sprekende minderheid die verankerd is in de Nederlandse media, een onbegaanbaar pad.

Terug naar de onafhankelijke journalist, die (als we niet opletten) straks behoort tot een uitstervend ras.  Daar kunnen ze zelf heel veel aan doen om dat te voorkomen. Door zich bijvoorbeeld niet als schoothondjes te gedragen. Door zich niet te laten manipuleren door die andere belangen, door zich niet te laten leiden door de journalistieke pepernoten die door bronnen worden uitgestrooid en door zich professioneler op te stellen naar bronnen die regie willen uitoefenen op het journalistieke werk.

De afgelopen decennia is er een onderhuidse praktijk ontstaan dat journalisten hun producties/reportages/interviews voorafgaande aan publicatie aan betrokkenen voorleggen. Gevraagd, maar ook ongevraagd. Om de lezer of kijker te behoeden voor feitelijke onjuistheden. ‘Ik wil geen fouten maken’ , ‘ik doe dit altijd’ of ‘suggesties welkom’, zoals een Amerikaanse journalist een politieke partij voorhield.

Als het hierbij blijft, dan zou je er bijna nog vrede mee kunnen hebben, maar in de praktijk gaat die correctie vaak veel verder dan de ‘onschuldige’ oppervlakkige toetsing.

Het is niet voor niets dat ik eind jaren ’90 nog heb gepoogd om een einde te maken aan de autorisatiepraktijken in Politiek Den Haag. Toen al werd het rode potlood veelvuldig gehanteerd door een leger voorlichters en woordvoerders. Er is destijds zelfs nog een commissie ingesteld die mijn naam droeg. Er is natuurlijk niets veranderd.

Je kunt vanuit het perspectief van de politiek en de ambtenarij nog begrip hebben dat ze de regie in handen willen krijgen. Anderzijds ben ik van mening dat de journalist zo professioneel zijn werk moet doen dat een interview of een reportage inhoudelijk altijd klopt. Nog even los van het feit dat niet iedereen altijd even blij is met de inhoud ervan.

De grote financiële belangen die zijn gemoeid met bedrijfsleven, sport en politiek zorgen ervoor dat ook deze partijen nieuwe wegen bewandelen. Ze sluiten coalities en ze worden ook zelf uitgever. Met eigen mediakanalen, inclusief journalisten.

Wie naar het voetbalduel Ajax-Paok keek via het Ziggo-sportkanaal kon bijvoorbeeld zien dat de Ajax-spelers op hun shirt de naam van deze kabelmaatschappij hebben staan, terwijl de verder uitstekende Jack van Gelder (voorheen NOS) gewoon zijn journalistieke werk doet als duider van de wedstrijd maar dan nu op het Ziggo-scherm. Politieke partijen richten hun eigen tv-kanaal op, gemeenten exploiteren met belastinggeld kranten en websites.

Het is dus oppassen geblazen.

In onze praktijk (nu met Trusted Media) houden wij marktpartijen voor respect te hebben voor de rolverdeling en voor de journalistieke afweging die in vrijheid moet worden gemaakt.

Dus trouwen en huwen hoort niet bij een gezonde relatie tussen onafhankelijke media en door andere belangen gedreven partijen en instituten. Want we zijn veel verder van huis als de journalistieke horzel verandert in een lieveheersbeestje. Als dat besef bij iedereen doordringt, om te beginnen bij de journalist, de uitgever en de bronnen, is er een trusted toekomst.